Instellen bufferreserve Weerstandscapaciteit
Aanleiding
Op basis van gesprekken met de Commissie Onderzoek van de Rekening (COR) in 2022 zijn de artikelen uit de Financiële Verordening met betrekking tot het provinciale risicomanagement gewijzigd. Provinciale Staten hebben de wijzigingen van deze artikelen in december 2022 vastgesteld. De uitwerking van twee artikelen vindt plaats bij de Voorjaarsnota 2023, namelijk het instellen van de bufferreserve Weerstandscapaciteit en het toepassen van de norm voor het weerstandsvermogen.
Beleidswijzigingen: bufferreserve Weerstandscapaciteit en norm weerstandsvermogen
De bufferreserve Weerstandscapaciteit wordt ingesteld ter afdekking van de incidentele risico’s als bedoeld in artikel 4.24. van de financiële verordening. De bestaande bufferreserves, die ter afdekking van individuele risico’s waren ingesteld, worden opgeheven. De bijbehorende risico’s worden voortaan opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Dit heeft tot doel om het aantal reserves tot een minimum te beperken. Door een aparte bufferreserve Weerstandscapaciteit naast de algemene reserve in te stellen, vinden de mutaties die nodig zijn om risico’s af te dekken expliciet en transparant plaats, en is de algemene reserve volledig vrij inzetbaar.
Met de wijziging van artikel 4.21 in de Financiële Verordening is tevens de norm van het weerstandsvermogen vastgesteld op > 1 (was > 2), omdat deze norm voldoende wordt geacht voor het afdekken van risico’s en middelen niet onnodig worden beklemd.
Gevolgen voor de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing
De omvang van de bufferreserve Weerstandscapaciteit en het weerstandsvermogen worden bepaald in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. De actualisatie van deze paragraaf gebeurt twee maal per jaar, namelijk bij het opstellen van de provinciale begroting en jaarrekening. Om de beginstand van de bufferreserve Weerstandscapaciteit bij Voorjaarsnota 2023 te bepalen, zijn de volgende stappen genomen:
- De bestaande bufferreserves worden opgeheven en er is bepaald in hoeverre de risico’s behorende bij deze bufferreserves worden opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen.
- De financiële omvang van deze risico’s zijn toegevoegd aan het saldo van alle incidentele risico’s uit de provinciale Jaarrekening 2022.
- De omvang van de bufferreserve Weerstandscapaciteit is bepaald op basis van de nieuwe norm voor het weerstandsvermogen.
Bij toekomstige actualisatie van de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing in voorgenoemde P&C producten zal, indien de omvang van de incidentele risico’s wijzigt, een mutatie op de bufferreserve Weerstandscapaciteit worden uitgevoerd.
Toelichting gevolg opheffing bufferreserves bij Voorjaarsnota 2023
Bij Voorjaarsnota 2023 worden alle bestaande bufferreserves opgeheven. Onderstaande tabel geeft de stand van de reserves zoals opgenomen in de provinciale Jaarrekening 2022 weer. De bijbehorende risico’s worden, voor zover dit nog niet het geval is, opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Dit betekent het volgende:
- De risico’s met betrekking tot Innovation Quarter, Energietransitie en Fonds Nazorg zijn reeds opgenomen in de paragraaf, te weten risico #6, #10 en #24. De volledige afdekking verloopt voortaan via de bufferreserve Weerstandscapaciteit. De middelen in de op te heffen bufferreserves vallen vrij naar de algemene reserve van de provincie.
- De risico’s met betrekking tot het Verenfonds en de Overcommittering OP-West worden als nieuwe risico’s opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen. Het risico met betrekking tot de overcommittering op het subsidieprogramma Kansen voor West II wordt vooralsnog ingeschat op € 3,3 mln. De eventuele afrekening van dit programma vindt plaats in 2024 waarna dit risico wordt herijkt. Het risico met betrekking tot het Verenfonds wordt, in afwijking op de Jaarrekening 2022, vooralsnog ingeschat op € 1,5 mln. De afdekking van deze risico’s verloopt voortaan via de bufferreserve Weerstandscapaciteit. De middelen in de op te heffen bufferreserves vallen vrij naar de algemene reserve van de provincie.
- De risicoreservering Grevelingen wordt opgeheven. Er wordt geen risico in de paragraaf Weerstandsvermogen opgenomen. De middelen in de bufferreserve worden beklemd voor de spaarreserve Ontwikkelingsperspectief Grevelingen en Volkerak-Zoom.
Reserve | Omvang bufferreserve | Omvang risico | ‘Weerstands-vermogen’ per bufferreserve |
---|---|---|---|
Innovation Quarter | 3.000 | 3.510 | 0,9 |
Risicoreserve Energiefonds | 4.067 | 3.600 | 1.1 |
Risicoreserve Revolverend Verenfonds | 5.000 | 725 | 6,9 |
Risicoreservering Grevelingen | 5.000 | PM | PM |
Overcommittering OP-West | 3.300 | 3.300 | 1,0 |
Nazorg stortplaatsen | 2.203 | 1.900 | 1,2 |
Toelichting op totale omvang van incidentele risico’s
In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing worden de netto strategische risico’s toegelicht die de benodigde incidentele en structurele weerstandscapaciteit bepalen. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen beleidsmatige risico’s, die (nog) geen financiële afdekking behoeven, en de financiële risico’s, die worden meegenomen voor het bepalen van het weerstandsvermogen. In onderstaande twee tabellen wordt het complete overzicht gegeven van de risico’s, zowel beleidsmatig als financieel, zoals opgenomen in de Jaarrekening 2022 aangevuld met de twee nieuwe risico’s.
De beleidsmatige risico’s zijn opgenomen vanwege politiek-bestuurlijke importantie en/of om de ontwikkeling van deze risico’s in relatie tot de aangehouden buffers op het niveau van de begrotingsprogramma’s te kunnen blijven volgen.
Nr. | Beleidsmatige risico’s | Incidenteel / structureel | Beleidsdoel |
---|---|---|---|
5 | Deelnamerisico ROM-D Capital B.V. | i | 4.1 |
8 | Meerkosten als gevolg van onverwachte incidenten bij projecten in uitvoering | i | 2.1 |
15 | Natuuropgave realiseren binnen wettelijke verplichting | s | 5.1 |
21 | Doorlevering gronden TBO’s | i | 5.1 |
25 | Informatieverzoeken Woo | i | 1.1 |
27 | Stikstofproblematiek | i | 1 |
28 | Opbrengstverliezen OV | i | 2.1 |
33 | Procedures Bibob | i | 1.1 |
38 | Transitiekosten OGO | i | 8 |
39 | Inwerkingtreding Omgevingswet per 2023 | i | 6.2 |
41 | Arbeidscapaciteit | i | 8 |
Bij de financiële risico’s is aangegeven of het effect bij optreden incidenteel of structureel van aard is.
De nieuwe risico’s ten gevolge van het opheffen van de bufferreserves zijn in onderstaande tabel verwerkt.
Nr. | Financiële risico’s | Max. schade | Kans van optreden | Effect netto (i) | Effect netto (s) | Beleids- | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
2 | Renterisico | s | 2,8 | 0-25% | 0,4 | 8 | |
6 | Deelnamerisico InnovationQuarter | i | 28,1 | 0-25% | 3,51 | 4.1 | |
9 | Risico’s informatieveiligheid | i | 1 | 0-25% | 0,13 | 8 | |
10 | Risico gekoppeld aan de provinciale opgave Energietransitie | i | 28,8 | 0-25% | 3,60 | 3.2 | |
12 | Lagere uitkering provinciefonds | s | 5 | 25-50% | 1,9 | 8 | |
13 | Lagere opbrengst MRB | s | 3,8 | 25-50% | 1,4 | 8 | |
14 | Waardeontwikkeling grondaandeel Zuidplas | i | 21,2 | 0-25% | 2,65 | 6.3 | |
16 | BRZO / RIE-bedrijven kunnen niet meer aan vergunningplicht voldoen | i | 15 | 25-50% | 5,63 | 7.1 | |
17 | De Europese Commissie kan subsidiabiliteit van uitgaven betwisten | i | 2,55 | 0-25% | 0,32 | 4.1 | |
18 | Omgevingsrisico’s vergunningverlening, toezicht en handhaving | i | 5 | 0-25% | 0,63 | 7.1 | |
19 | Geen aflossing van garantstellingen | i | 10,6 | 0-25% | 1,33 | 8 | |
20 | Aansprakelijkheidsrisico ingeleend personeel | s | 0,25 | 0-25% | 0,03 | 8 | |
22 | Meerkosten a.g.v. onverwachte incidenten areaal | i | 25 | 0-25% | 3,13 | 2.2 | |
23 | Claims op subsidieregeling bedrijventerreinen | i | 2,38 | 0-25% | 0,30 | 4.2 | |
30 | Deelnamerisico ONW | i | 0,8 | 0-25% | 0,10 | 6.3 | |
32 | Rijksbijdrage subsidieregeling MIT | i | 8,1 | 0-25% | 1,01 | 4.1 | |
34 | Fonds Nazorg | i | 5 | 25-50% | 1,88 | 7.1 | |
36 | Datalek van persoonsgegevens | i | 20 | 0-25% | 2,50 | 8 | |
37 | Niet naleven privacywetgeving | i | 1,5 | 25-50% | 0,56 | 8 | |
40 | Prijs- en loonontwikkelingen | s | 7,5 | 25-50% | 2,8 | 8 | |
Nieuw | Verenfonds | i | 12 | 0-25% | 1,50 | ||
Nieuw | Overcommitering Kansen voor West | i | 3,3 | 100% | 3,30 | ||
Totaal | 32,08 | 6,5 |
Omvang bufferreserve Weerstandscapaciteit en weerstandsvermogen
Het weerstandsvermogen drukt uit of de provincie voldoende weerbaar is voor het opvangen van risico’s. Dit wordt berekend door de middelen die de provincie beschikbaar heeft c.q. kan maken (de zogenaamde weerstandscapaciteit) te delen door de omvang van de risico’s. Hierbij maken we een onderscheid tussen structureel weerstandsvermogen en incidenteel weerstandsvermogen.
De beleidswijzigingen hebben geen invloed op de structurele weerstandscapaciteit en blijft de omvang van het structurele weerstandsvermogen onveranderd ten opzichte van Jaarrekening 2022.
De incidentele weerstandscapaciteit bestaat uit de nieuw in te stellen bufferreserve Weerstandscapaciteit. Om de omvang van deze bufferreserve te bepalen, wordt voor het weerstandsvermogen de norm van “> 1” aangehouden, zoals vastgesteld in de Financiële verordening. De bufferreserve Weerstandscapaciteit moet dus (minimaal) evenveel middelen bevatten als de som van de incidentele risico’s, zoals hierboven in de tabel aangegeven. Daarnaast is in art. 4.22 van de Financiële Verordening vastgelegd dat de omvang van de bufferreserve Weerstandscapaciteit minimaal € 30 mln bedraagt.
Incidentele weerstandsvermogen | = Incidentele weerstandscapaciteit | / de omvang van de incidentele risico’s |
---|---|---|
1 | = 32,08 | / 32,08 |
In de bufferreserve Weerstandscapaciteit wordt bij Voorjaarsnota € 32,08 mln aan middelen toegevoegd.